De eerste minimalist
Iedere week publiceren we op deze website een deel van een hoofdstuk uit ons boek. Deze week hoofdstuk 1.
Hoofdstuk 1: De eerste minimalist
Olaf: Mijn vader Cor is geboren in 1930. Hij is opgegroeid in de crisisjaren en heeft de oorlog meegemaakt. Thuis hadden ze weinig spullen en hij deelde zijn kleren met vier broers. In 1944 / 1945 zat de school dicht vanwege de Tweede Wereldoorlog. Er was weinig eten thuis. Cor mocht dat jaar gaan werken bij boer Eringfeld in Voorst. Hij had het er prima naar z’n zin, kreeg er goed te eten en af en toe wat lekkers mee naar huis voor de rest van het gezin. Na een jaar keihard werken, kreeg hij een eenmalig bedrag van honderd gulden. Voor dat bedrag kocht mijn vader zich een pak en een pak voor zijn oudere broer Jan en daarna was het geld op!
Mijn vader verspilt nooit eten en hij is nog steeds met weinig tevreden. Met een zak aardappels en af en toe wat groenten uit de moestuin van broer Frans kon hij weken leven. Een haring van de markt is en was zijn grootste culinaire uitspatting. Mijn vader kocht en koopt nooit zomaar iets. Het geld dat hij verdiende op de DRU, besteedde hij aan de hypotheek, het huishouden en aan zijn twee grootste hobby's: vogels en vissen. Dat waren overigens geen kapitalen. Af en toe een zebravink of een kanariepiet voor in zijn volière. En als een verdwaalde reiger de vijver weer eens had leeggegeten, kocht hij een paar goudvissen.